Het verlies teert in op de buitenlandse valutareserve van het land, zo meldde
maandag de krant The Financial Times.
Riskanter
De krant citeert een econoom die zegt dat China begin 2007 besloot om de
buitenlandse investeringen diverser en riskanter te maken. De eerste tekenen
van de kredietcrisis in de zomer van 2007 zwakten de Chinese
investeringsdrang nauwelijks af.
Pas in de zomer van 2008, toen de Amerikaanse hypotheekreuzen Fannie Mae en
Freddie Mac bijna omvielen, droogden de Chinese investeringen op. Tegen die
tijd had Peking waarschijnlijk al zo’n 160 miljard dollar in het buitenland
geïnvesteerd.
Cijfers blijven giswerk
De beleggingen zijn uitgevoerd door een staatsinstelling die de buitenlandse
reserves van China ter waarde van zo’n twee biljoen dollar beheert. Deze
instelling maakt de gemaakte investeringen nooit bekend. Daardoor blijven de
cijfers over mogelijke winsten of verliezen altijd giswerk.
Maar een conservatieve schatting van de investeringen levert in combinatie met
een analyse van de ontwikkelingen op de internationale aandelenmarkten een
geschat verlies op van ongeveer 50 procent, aldus de Financial Times.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl